Drie groene vragen aan…Egbert Roozen

Egbert Roozen
Directeur branchevereniging VHG

1. Waarom vindt u het belangrijk dat ‘De Groene Stad’ nieuw leven is ingeblazen?
De Groene Stad is aan de ene kant een doelstelling: wij vinden dat steden in Nederland, de bebouwde omgeving in het algemeen, groener moet worden. Daarvoor hebben wij talloze argumenten en motivaties verzameld, die we op een overtuigende, vakkundige wijze onder de aandacht willen brengen van beslissers in politiek, bestuur en bedrijfsleven.  Dat ‘nieuwe leven’ zie ik vooral in de verdere professionalisering van het uitdragen van onze groene boodschap en de samenwerking met betrokken partijen rondom het groene thema.
2. Wat zijn voor de VHG de belangrijkste doelstellingen voor en van De Groene Stad?
Wij zien ‘De Groene Stad’ vooral ook als een samenwerkingsverband van het ‘groene’ bedrijfsleven in Nederland en vele ‘groene’ stakeholders, dat in gezamenlijkheid de verspreiding van onze boodschap organiseert. Onze ambitie is om met De Groene Stad bij te dragen aan een meer doordachte inzet van ‘groen’. Dat vergt een vernieuwing in het planologisch denken, lokaal, nationaal en internationaal. Door het geven van voorlichting, het belichten van succesvolle praktijkvoorbeelden en het delen van nieuwe wetenschappelijke inzichten willen wij ‘groener denken’ te stimuleren. Samengevat: ‘De Groene Stad’ werkt in het algemeen belang, dat naadloos aansluit bij waar we als het groene bedrijfsleven voor willen staan.
3. Welke rol speelt de VHG in dit geheel?
Als hoveniers en groenvoorzieners hechten wij vooral sterk aan de professionele aanpak van de vergroening van onze steden en dorpen. Ik bedoel maar: je bent er niet, als gemeente, door een aantal planten, struiken en bomen te bestellen. Ze moeten vooral ook op de juiste manier worden geplant en vervolgens onderhouden. Dat is waar onze leden goed in zijn en dat willen wij graag overal uitdragen. In die zin spelen de hovenier en de groenvoorziener, en daarmee de VHG, een verbindende rol te midden van de leveranciers aan de groene sector, de opdrachtgevers van groenprojecten en de eindgebruikers van het groen.