Vermaatschappelijking natuurbeleid kan goed uitpakken

De centrale regie van de overheid is niet altijd nodig om publieke vraagstukken zoals natuurkwaliteit en duurzaamheid te kunnen aansturen. Wanneer private partijen, burgers en/of overheden in zogenaamde governance-arrangementen samenwerken, kan het natuurbeleid goed uitpakken. Dit blijkt uit een onderzoek van Wageningen UR naar actoren die betrokken zijn bij publieke vraagstukken in het groene domein.

Beleidsvraagstukken in het groene domein zijn vaak complex. Het klassieke model van overheidsregulering waarin de overheid de maatschappij van ‘bovenaf’ aanstuurt, is daarom vaak niet passend of effectief. Ook in het groene domein hebben mondialisering, individualisering, de toegenomen mondigheid en daadkracht van maatschappelijke partijen, bedrijven en burgers ervoor gezorgd dat er nieuwe sturingsvragen zijn. Daar komt bij dat vanuit de politiek steeds vaker de wens is geuit van een terugtredende overheid.

Nieuwe verbanden en interacties
Vermaatschappelijking is momenteel een centraal onderdeel van natuurbeleid. Er ontstaan nieuwe verbanden en interacties tussen overheid, samenleving en markt, waarin wisselende samenstellingen van actoren opereren. Dit heet governance. In het natuurbeleid is de uitdaging onder meer om nieuwe vormen van financiering te vinden, de legitimiteit van het beleid te vergroten om het afnemende draagvlak voor natuur tot staan te brengen, en naar nieuwe vormen van betrokkenheid van overheden te zoeken.

Verschillende stijlen
In de beleidspraktijk komen verschillende stijlen van governance voor die zich manifesteren in governance-arrangementen. Deze arrangementen zijn min of meer stabiele praktijken waarin actoren op basis van gedeelde visies, spelregels (zoals waarden, normen en wetgeving) en hulpbronnen (als geld, kennis en charisma) maatschappelijke uitdagingen en beleidsproblemen oppakken. Het Planbureau voor de Leefomgeving wil voor haar beleidsproducten graag weten hoe en onder welke voorwaarden deze governance-arrangementen kunnen werken en welke lessen dit biedt voor het ontwerp van nieuwe governance-arrangementen.

Duurzame samenwerking
De onderzoekers hebben daarom een aantal governance-arrangementen geanalyseerd die de maatschappij meer verantwoordelijkheid geven voor het natuurbeleid. Het betreft twee streekfondsen, twee arrangementen waarin burgers zijn betrokken bij landschapsbeheer en twee burgerinitiatieven. Het blijkt dat er concrete bijdrages worden geleverd aan het versterken van natuur en landschap, bijvoorbeeld via het aanleggen van landschapselementen. Ook zijn er nieuwe duurzame samenwerkingsverbanden ontstaan tussen actoren en worden bedrijven ertoe bewogen bij te dragen aan het onderhoud van hun eigen streek.

Vijf verschillende vormen
In het onderzoek zijn vijf verschillende vormen van governance onderscheiden. De bekendste is overheidsregulering, waarbij de staat als voornaamste sturende actor optreedt door gebods- en verbodsmechanismen in te zetten. Een tweede is gesloten co-governance, waarbij een kleine groep actoren samenwerkt, afkomstig uit verschillende maatschappelijke sectoren, te weten overheid, markt en/of maatschappelijk middenveld. Een derde vorm is open co-governance, waarbij er een grote groep actoren betrokken is. Deze actoren sturen elkaar al dan niet bewust aan via informele netwerken, waarbij gezamenlijk doelen worden geformuleerd. Wanneer marktpartijen een centrale rol spreken we van marktgovernance. Het prijsmechanisme en vraag en aanbod zijn de regulerende principes. Dit is een vierde vorm. Ten slotte is er zelf-governance. Daarbij behartigen niet-overheden zoals burgergroepen of maatschappelijke organisaties hun eigen zaken.

Meer informatie