Groe­ne stads­ont­wik­ke­ling: een hoop­vol per­spec­tief

Steeds meer aan­dacht voor duur­za­me oplos­sin­gen

In een rap­port over lucht­ver­ont­rei­ni­ging heft de Wereld Gezond­heids Orga­ni­sa­tie, de WHO, aan­ge­ge­ven dat in 2012 zeven mil­joen sterf­ge­val­len wereld­wijd waren toe te schrij­ven aan ver­vuil­de lucht. Als we ons rea­li­se­ren dat sinds­dien als gevolg van kli­maat­ver­an­de­ring het aan­tal hit­te­da­gen alleen maar is toe­ge­no­men, mogen we vei­lig aan­ne­men dat voor­al in de ste­den de lucht­kwa­li­teit ver­der in gevaar is geko­men.
Boven­dien stelt de Wereld­bank dat 54,3% van de wereld­be­vol­king nu woont in ste­den en ver­wach­ten de Ver­e­nig­de Naties dat in de peri­o­de tot 2050 de ste­de­lij­ke wereld­be­vol­king zal toe­ne­men met nog eens 2,5 mil­joen. Der­ge­lij­ke cij­fers geven aan hoe nood­za­ke­lijk het is dat we oplos­sin­gen vin­den voor de ver­be­te­ring van de leef­om­ge­ving in onze ste­den. Geluk­kig staan niet alle indi­ca­to­ren op rood: er komt steeds meer aan­dacht voor duur­za­me oplos­sin­gen en een oplos­sings­rich­ting die steeds vaker naar voren wordt gescho­ven is ‘groe­ne sta­d­ont­wik­ke­ling’.
Inter­dis­ci­pli­nair
Wal­ker Wells is direc­teur van het Ame­ri­kaan­se pro­gram­ma voor groe­ne stads­ont­wik­ke­ling, ‘Green Urba­nism’. Hij han­teert als defi­ni­tie: ‘het ont­wik­ke­len van gemeen­schap­pen die weder­zijds posi­tief effect heb­ben voor de mens zowel als de omge­ving’. De bena­de­ring is inter­dis­ci­pli­nair: de ken­nis en erva­ring van des­kun­di­gen zoals eco­lo­gen, ste­den­bouw­kun­di­gen, tech­ni­ci en eco­no­men komt eraan te pas.
Op basis van een ver­blijf van een jaar in Neder­land en bestu­de­ring van inno­va­tie­ve duur­za­me ont­wik­ke­ling schreef Timo­thy Beat­ley een beroemd gewor­den boek, ‘Groe­ne stads­ont­wik­ke­ling,: Leren van Euro­pe­se Ste­den’. Daar­in deelt hij zijn erva­rin­gen en bepaalt hij de kwa­li­tei­ten die een stad in staat stel­len groe­ne stads­ont­wik­ke­ling in prak­tijk te bren­gen.
Vol­gens Beat­ley delen ‘groe­ne’ ste­den de vol­gen­de eigen­schap­pen:

  • Ze tonen res­pect voor de eco­lo­gi­sche gren­zen, beper­ken hun eco­lo­gi­sche ‘voet­af­druk’ en onder­ken­nen de samen­hang  en de impact in hun rela­tie met ande­re ste­den en met de pla­neet Aar­de in het alge­meen.
  • Ze zijn ont­wor­pen en func­ti­o­ne­ren op een wij­ze die samen­hangt met de natuur.
  • Ze stre­ven naar een cir­cu­lai­re, niet-line­ai­re eco­no­mie, in samen­hang met de hen omrin­gen­de wereld.
  • Ze wer­ken aan een zo hoog moge­lij­ke graad van zelf­voor­zie­ning, met gebruik­ma­king van loca­le en regi­o­na­le  pro­duc­tie van voed­sel, ener­gie en tal­rij­ke ande­re acti­vi­tei­ten.
  • Ze sti­mu­le­ren bij hun inwo­ners een duur­za­me, gezon­de leef­stijl.
  • Ze bena­druk­ken het belang van een hoge kwa­li­teit van leven in leef­ba­re buur­ten en leef­ge­meen­schap­pen.

Recy­cling
Dr. Stef­fen Leh­mann beschrijft groe­ne stads­ont­wik­ke­ling aan de hand van een drie­tal invals­hoe­ken:
* Ener­gie en Grond­stof­fen, met focus op recy­cling en her­nieuw­ba­re ener­gie;
* Water en Bio­di­ver­si­teit, met focus op de bescher­ming van het eco­sys­teem en ont­wik­ke­ling van natuur­lij­ke oplos­sin­gen voor stads­ont­wik­ke­ling;
* Stads­ont­wik­ke­ling en Ver­voer, met focus op stads­ont­werp en op soci­a­le rela­ties die tege­lijk duur­zaam zijn en mobiel.
Zo onder­ken­nen we drie hoofd­doe­len van de groe­ne stads­ont­wik­ke­ling, als manier om onze ste­den leef­baar­der en duur­za­mer te maken:
* beëin­di­gen van het gebruik van fos­sie­le ener­gie;
* beëin­di­gen van de pro­duc­tie van afval
* beëin­di­gen van de uit­stoot van scha­de­lij­ke stof­fen.
Als we nu naar bui­ten kij­ken lij­ken die doe­len nog erg ver weg. Maar zeker onder jon­ge­ren neemt de belang­stel­ling voor de toe­komst van onze wereld toe. Er is nog hoop voor onze pla­neet Aar­de!