Aan­leg open­ba­re ruim­te gebaat bij meer flexi­bi­li­teit

Opdracht­ge­vers en ‑nemers moe­ten vaker samen optrek­ken in het rea­li­se­ren van de open­ba­re ruim­te. Het gebeurt nog te vaak dat stra­ten, plei­nen en par­ken ver­slon­zen of weer ingrij­pend wor­den aan­ge­past omdat niet wordt over­legd.

Dat zeg­gen gemeen­te­lijk ont­wer­per van de open­ba­re ruim­te Frank van der Zan­den in Utrecht en zijn col­le­ga Rob van der Ham in Den Haag. Bij de aan­leg is flexi­bi­li­teit in de open­ba­re ruim­te belang­rijk omdat de func­ties steeds ver­an­de­ren, maar gemeen­ten moe­ten ook de durf heb­ben bepaal­de onder­de­len in de plan­nen vast te tim­me­ren.

Omloop­tijd van een boom
Van der Ham: “De gemid­del­de omloop­tijd van een boom in de gemeen­te Den Haag is vijf­tien jaar. Ter­wijl een boom pas na zo’n vijf­tig jaar echt een belang­rijk onder­deel van de open­ba­re ruim­te wordt.”

Bron:
Cobouw