Scho­len lig­gen vrij­wel altijd in het ste­de­lijk gebied, waar het door het gro­te opper­vlak aan bebou­wing en ver­har­ding vaak war­mer is dan in het bui­ten­ge­bied (het hit­te-eiland­ef­fect). Dit effect speelt zowel in gro­te ste­den als in pro­vin­cie­ste­den en dorps­ker­nen, en is gro­ter naar­ma­te de bebou­wing dich­ter is. De geme­ten maxi­ma­le ver­schil­len vari­ë­ren van één tot enke­le gra­den, met pie­kwaar­den tot ca. 8 ºC en inci­den­teel zelfs meer dan 10 ºC. Hit­te­stress ver­min­dert het con­cen­tra­tie­ver­mo­gen en de leer­pres­ta­ties en kan bij extre­me waar­den of lan­ge duur ook de gezond­heid nega­tief beïn­vloe­den. Onder­zoek heeft aan­ge­toond dat nu al in ca. 35% van de Neder­land­se ste­de­lij­ke gebie­den gedu­ren­de min­stens zeven dagen per jaar hit­te­stress optreedt. Met de toe­ne­men­de ver­dich­ting van de stad en het opwar­men van de aar­de zul­len deze peri­o­den met hit­te­stress ver­der toe­ne­men. Groen kan ech­ter hel­pen om de opwar­ming in de stad te beper­ken. Daar­naast kan groen gericht wor­den inge­zet om het leef­kli­maat in en rond scho­len en ande­re leer­in­stel­lin­gen te ver­be­te­ren.