Denk voor het bevor­de­ren van licha­me­lij­ke acti­vi­teit met name aan vrije­tijds­ac­ti­vi­tei­ten in groen­ge­bie­den. Wel­ke voor­zie­nin­gen nodig zijn, is afhan­ke­lijk van de doel­groep en de beoog­de acti­vi­teit. Voor kin­de­ren kan het gaan om onge­struc­tu­reer­de speel­ruim­te, voor oude­ren om ega­le wan­del­pa­den. Het groen­ge­bied moet goed en vei­lig bereik­baar zijn, en even­eens zelf vei­lig zijn. Wat dit inhoudt, is deels afhan­ke­lijk van de doel­groep (bijv. kin­de­ren vs. oude­ren). Ook de infra­struc­tuur en voor­zie­nin­gen zijn belang­rijk; deze moe­ten de acti­vi­teit moge­lijk maken, of op z’n minst toe­la­ten. De beno­dig­de mini­ma­le opper­vlak­te is afhan­ke­lijk van de beoog­de acti­vi­tei­ten. Naar­ma­te de acti­vi­teit cen­tra­ler staat, wordt het groen meer decor, ten­zij het gaat om acti­vi­tei­ten waar­bij men inter­ac­teert met het groen (sur­vi­val, moun­tain­bi­ken, boom­hut bou­wen, tui­nie­ren).