Duur­zaam benut­ten van natuur goed voor eco­no­mie

De natuur levert aller­lei goe­de­ren en dien­sten die eco­no­mi­sche kan­sen bie­den, zoals  water, voed­sel, bouw­ma­te­ri­a­len en recre­a­tie­ge­bie­den.  Door de groei­en­de wereld­be­vol­king en de stij­gen­de wel­vaart staat dit ‘natuur­lijk kapi­taal’ ech­ter onder druk. Onder­ne­mers, maat­schap­pe­lij­ke orga­ni­sa­ties en over­he­den zoe­ken daar­om naar wegen om ook in de toe­komst te kun­nen blij­ven pro­fi­te­ren van het natuur­lijk kapi­taal. Dit brengt inno­va­ties op gang. Maar veel moge­lijk­he­den blij­ven nog onbe­nut. Het is zaak om door te pak­ken.
Dit con­clu­deert het PBL (Plan­bu­reau voor de Leef­om­ge­ving) in een van­daag ver­sche­nen stu­die ‘Natuur­lijk Kapi­taal: naar waar­de geschat’.  De afge­lo­pen twee jaar heeft het PBL, op ver­zoek van  het minis­te­rie van Eco­no­mi­sche Zaken,  in de prak­tijk ver­kend hoe de samen­le­ving kan blij­ven pro­fi­te­ren van wat de natuur biedt, zon­der dat dit ten kos­te gaat van de natuur­lij­ke rijk­dom­men.
Mon­di­aal: natuur­lijk kapi­taal staat onder druk
“We use natu­re becau­se it’s valu­a­ble, but we lose it becau­se it’s free.” Mede dank­zij deze uit­spraak van TEEB-direc­teur Pavan Sukhdev* neemt de laat­ste jaren de aan­dacht voor de waar­de van natuur, het natuur­lijk kapi­taal, en een duur­za­me benut­ting daar­van, toe. Dit natuur­lijk kapi­taal levert aller­lei dien­sten, zoge­naam­de eco­sys­teem­dien­sten, zoals water, voed­sel, scho­ne lucht, ener­gie, recre­a­tie. Wereld­wijd gaat 60% van de dien­sten ach­ter­uit. Pro­ble­men doen zich voor­al voor bij de natuur­lij­ke bodem­vrucht­baar­heid, natuur­lij­ke plaag­be­strij­ding en kool­stof­vast­leg­ging. Dit kan lei­den tot een tekort aan voed­sel en water en tot inko­mens­da­ling.
Duur­zaam onder­ne­men om grond­stof­fen vei­lig te stel­len
In Neder­land is er een groei­end besef bij onder­ne­mers dat duur­zaam omgaan met natuur pure nood­zaak is om ook in de toe­komst zeker te zijn van de grond­stof­fen die nodig zijn voor de eco­no­mi­sche ont­wik­ke­ling. Zo heb­ben bedrij­ven in de cacao­ke­ten sterk inge­zet op cer­ti­fi­ce­ring van de pro­duc­tie omdat de kwa­li­teit en de pro­duc­tie­hoe­veel­heid tekort dreig­den te schie­ten. Daar­naast zien onder­ne­mers kan­sen om geld te ver­die­nen met duur­za­me pro­duc­ten. Soms ook spe­len ide­a­lis­tisch doe­len mee. Zo is er een groei­en­de markt voor duur­zaam, lokaal gepro­du­ceerd voed­sel, waar­bij onder­ne­mers uit ide­a­lis­me genoe­gen nemen met lage­re opbreng­sten.
Neder­land­se natuur- en land­schaps­or­ga­ni­sa­ties zoe­ken tege­lij­ker­tijd naar nieu­we inkom­sten­bron­nen en ver­bre­ding van draag­vlak. Veel orga­ni­sa­ties bie­den daar­om recre­a­tie­ac­ti­vi­tei­ten aan. Ook gebrui­ken ze het snoei­afval om ener­gie uit bio­mas­sa van te maken. De nieu­we acti­vi­tei­ten mogen niet ten kos­te gaan van de bio­di­ver­si­teit. In het bes­te geval neemt de bio­di­ver­si­teit zelfs toe door­dat de mili­eu­con­di­ties in een gebied ver­be­te­ren.
Samen in een gebied duur­zaam gebruik maken van de natuur
In Neder­land is de ruim­te schaars; veel par­tij­en (bur­gers, gemeen­ten, water­schap­pen, maat­schap­pe­lij­ke orga­ni­sa­ties, bedrij­ven) wil­len iets in een gebied, ieder van­uit een eigen belang. Door samen te wer­ken kun­nen deze par­tij­en duur­za­mer gebruik maken van het natuur­lijk kapi­taal dat een gebied rijk is. Zo wer­ken in de Eems-Dol­lard pro­vin­cie, water­schap, de land­bouw en natuur­or­ga­ni­sa­ties samen om een dub­be­le dijk­zo­ne aan te leg­gen die zorgt voor water­vei­lig­heid. Dit gaat in com­bi­na­tie met aqua­cul­tuur, recre­a­tie, natuur­ont­wik­ke­ling en grond­stof­fen­win­ning. Ook in ste­den komen dit soort samen­werk­ver­ban­den voor: bij­voor­beeld om een stad te bescher­men tegen de gevol­gen van kli­maat­ver­an­de­ring.
Nog een weg te gaan
Uit de PBL-ver­ken­ning blijkt dat ini­ti­a­tie­ven waar­bij natuur en eco­no­mie elkaar ver­ster­ken, inno­va­ties op gang bren­gen. Slim­mer omgaan met natuur­lij­ke kapi­taal zorgt voor maat­schap­pe­lij­ke winst (meer baten, soms min­der kos­ten). Maar er is nog een weg te gaan. Onder bedrij­ven, orga­ni­sa­ties en over­he­den is het veel pio­nie­ren door kop­lo­pers; het is zeker nog geen gang­ba­re prak­tijk. Het ont­breekt vaak aan ken­nis en bestaan­de regel­ge­ving kan belem­me­rend zijn. Veel wet- en regel­ge­ving is name­lijk gericht op wat niet mag: hoe bescherm je natuur tegen over­ex­ploi­ta­tie. Min­der bekend is hoe je het natuur­lijk kapi­taal kan bescher­men en er tege­lij­ker­tijd eco­no­misch en maat­schap­pe­lijk voor­deel uit kunt halen, bij­voor­beeld door het duur­zaam oog­sten van grond­stof­fen of op een duur­za­me wij­ze ont­trek­ken van drink­wa­ter uit een gebied. Een duur­za­me ver­bin­ding tus­sen finan­ci­eel en natuur­lijk kapi­taal is er dus nog niet, maar het fun­da­ment is gelegd. Voor de toe­komst is het zaak de gesig­na­leer­de belem­me­rin­gen aan te pak­ken. Alleen dan kun­nen bedrij­ven, natuur­or­ga­ni­sa­ties en bur­gers de kan­sen die er zijn voor bescher­ming én benut­ting ver­der uit­bou­wen.
Bron: www.duurzaamnieuws.nl