Onderzoekers van de Amerikaanse Purdue Universiteit hebben aangetoond dat honingbijen met name in stedelijk gebied pesticiden verzamelen. Vooral pyrethroïden tegen muggen en wespen kunnen daardoor schade veroorzaken.
De onderzoekers wilden weten hoe en wanneer honingbijen blootgesteld worden aan pesticiden. De gezondheid van de bijenpopulatie is niet beoordeeld. Ze verzamelden in de staat Indiana wekelijks van mei tot september stuifmeel uit bijenkasten die stonden in een niet-agrarisch weiland, naast maïs dat was gegroeid uit met neonicotinoïden behandelde zaden en naast een maïsveld op basis van niet-behandelde zaden. Honingbijen bleken het grootste deel van hun stuifmeel te verzamelen in een stedelijke omgeving, dus niet op landbouwgewassen, zelfs in gebieden met veel maïs en sojabonen. Foerageren op vlinderbloemigen zoals klaver kwam het vaakst voor.
Pesticiden
Het verzamelde stuifmeel bleek uiteindelijk afkomstig van 30 plantenfamilies. Op het stuifmeel werden met name niet-landbouwgebonden pesticiden gevonden. In alle drie gebieden ging het om zo’n 30 verschillende pesticiden; voornamelijk fungiciden en herbiciden, daarna kwamen de insecticiden. Neonicotinoïden – vaak genoemd als voorname ‘killer’ van bijen – werden gevonden, maar de hoogste concentratie insecticiden kwam van de pyrethroïden. Deze groep van actieve stoffen wordt vooral in en rond het huis gespoten tegen vliegen en muggen. De onderzoekers zagen een duidelijke piek in de pyrethroïden in augustus en september, wanneer mensen last hebben van deze insecten. Ook deet, een product om muggen van ons lijf te houden, kwam op alle drie de meetplaatsen voor.
Pyrethroïden
Er is volgens de onderzoekers nog weinig bekend over hoe de insecticiden met elkaar of met fungiciden en herbiciden reageren, en wat dan het effect is op de bijen. De neonicotinoïden zijn volgens de onderzoekers het meest schadelijk voor bijen, maar pyrethroïden zijn ook nadelig en die pikken bijen in grotere hoeveelheden en gedurende een langere periode op. De meeste pesticiden die bijen binnenkrijgen, zijn van stedelijke aard, is de conclusie van deze Amerikaanse studie.
bron: vakbladvoordebloemisterij.nl